De Wet VBAR (Vereenvoudiging en Beheersing Arbeidsrelaties) wordt naar verwachting in 2026 ingevoerd. Deze wet heeft als doel om de regels rondom arbeidsrelaties tussen zelfstandigen en opdrachtgevers te verduidelijken en schijnzelfstandigheid tegen te gaan. Het duurt nog even voor het 2026 is. Toch moeten ondernemers al vooruitkijken.
De wet moet zorgen voor meer zekerheid, zodat opdrachtgevers zonder risico zzp’ers kunnen inhuren. Het kabinet steunt deze wet, zoals vermeld in het Hoofdlijnenakkoord: “We streven naar meer contracten voor werknemers.” Dit is gunstig voor de overheid, die inkomsten misloopt door schijnzelfstandigheid, waar opdrachtgevers onterecht geen loonheffingen en sociale premies afdragen. De Wet VBAR biedt voordelen voor:
- Bescherming van werkenden
- Belastinginkomsten van de overheid
Wat houdt de Wet VBAR in?
De Wet VBAR verduidelijkt de inhuur van zzp’ers en introduceert twee belangrijke criteria:
- Tariefgrenzen: Als een zelfstandige een uurtarief lager dan € 32,24 hanteert, wordt deze beschouwd als werknemer, wat leidt tot een arbeidsovereenkomst. Hierdoor krijgt de werknemer meer zekerheid, maar de opdrachtgever moet sociale premies en loonheffingen afdragen, mogelijk met terugwerkende kracht.
- Inbedding: Dit criterium is controversieel en wordt als vaag en moeilijk uitvoerbaar gezien, wat voor onzekerheid zorgt bij bedrijven die flexibele inhuur van zelfstandigen nodig hebben.
Gevolgen voor opdrachtgevers en zzp’ers
Invoering van de Wet VBAR zal een behoorlijke impact hebben. Zelfstandigen zullen hun tarieven mogelijk moeten verhogen om als zodanig te worden geclassificeerd. Weigert een opdrachtgever het hogere tarief, dan moet er een arbeidsovereenkomst worden opgesteld, wat kan leiden tot inkomensverlies voor zelfstandigen die in loondienst willen blijven om hun vrijheid en flexibiliteit niet te verliezen. Daarnaast komt de Belastingdienst strengere controles en handhaving met mogelijke naheffingen en boetes bij een foutieve classificatie van de arbeidsrelatie.
Kritiek op de Wet VBAR
Er is kritiek op de wet, vooral op het inbeddingscriterium. In de Tweede Kamer wordt gepleit om de wet in twee delen te splitsen. Het tariefdeel wordt ondersteund, maar het inbeddingscriterium leidt tot zorgen over de uitvoering en de impact op flexibele werkrelaties.
Ingangsdatum en aanbevelingen
De Wet VBAR moet nog goedgekeurd worden door de Eerste Kamer. De nieuwe ingangsdatum is gericht op 1 januari 2026, met een overgangsperiode. Het is belangrijk voor bedrijven om nu al hun zzp-modelovereenkomsten te herzien en zzp-tarieven te evalueren om boetes en naheffingen te voorkomen.
Bron en meer informatie: mkbservicedesk