“17 reusable doeken of 1000 disposables”
De strijd tussen disposable en reusable textiele producten in de Operatie Kamer (OK) woedt al decennia in stilte. De reusables verloren in het verleden gestaag terrein en het ingewikkeldste deel van het proces, de sterilisatie van het textiel, is voor een groot gedeelte langzaam verdwenen uit het textiele landschap in Nederland. Inmiddels neemt de duurzaamheidsgedachte alle markten over: een nieuwe kans voor het reusable OK-textiel! Van Dijk Holland B.V. is de specialist op dit gebied. Een gesprek met Rudy van den Elzen, tot voor kort Managing Director*)
Linnenuitzet
Van Dijk Holland was al een begrip in de tijd dat de lakens in Waalre nog in het grasveld lagen te bleken. Het bedrijf werd opgericht in 1848 en de mensen in Waalre werkte in die tijd ofwel bij de linnenweverij of de sigarenfabriek. Een linnenuitzet werd aan de deur verkocht. “Ik hoor nog wel eens van mensen dat ze het WALRA textiel, van toen, nog steeds in de kast hebben liggen,” vertelt Van den Elzen. Van luchtvaartmaatschappijen en cruiseschepen naar de gezondheidszorg, van katoenen naar technisch textiel. Het mee oprichten van Rentex Nederland. Van Dijk Holland verkocht tenslotte het platgoed gedeelte aan Hebo en specialiseerde zich helemaal in het OK materiaal. Zo zag Van den Elzen, die in 2006 begon bij Van Dijk Holland, dat de strijd tussen disposables en reusables door de laatsten uiteindelijk verloren werd. De ene na de andere sterilisatie-unit werd gesloten.
Heel vreemd
Onterecht, zegt Van den Elzen. Dat zit ‘m voornamelijk in twee zaken. Ten eerste: “Als een ziekenhuis zou gaan kijken wat er gepland stond aan verbruik aan disposable operatietextiel en wat daadwerkelijk verbruikt is, ligt het werkelijk verbruik vaak 1,5 tot 2 keer hoger dan gepland was. Dit omdat tijdens de operatie vaak ook nog eens extra sets open worden gemaakt.” Daarnaast zijn disposable leveranciers soms goedkoop omdat ze marge maken op andere producten die ze aan een ziekenhuis leveren. “In Frankrijk, waar nagenoeg geen reusables zijn, kost een disposable operatiejas bijv. 6 euro, terwijl dezelfde operatiejas hier rond de 2 euro kost.” Daarnaast heeft de disposable industrie er hard aan getrokken vooraan te staan. “Zij was beter vertegenwoordigd, en ook nadrukkelijk aanwezig. Er werd door de disposable associaties zoveel gelobbyd dat er normen ontstonden die in sommige gevallen absurd zijn.”
Toiletpapier
Op welke normen doelt Van den Elzen dan? “Medische hulpmiddelen mogen bijvoorbeeld een scheursterkte hebben van 20 newton. Toiletpapier is soms waarschijnlijk nog sterker! Wij zitten, gewoon door de constructie van ons materiaal, rond de 700 tot 900 newton.” Ook een CE markering zegt niet alles. “Die moet er wel inzitten, maar dat wil niet zeggen dat het helemaal volgens norm is. Bijvoorbeeld bij een onderzoek naar mondkapjes, die chirurgisch werden gebruikt nog voor de coronacrisis, bleek achteraf dat 20% van die mondkapjes met CE markering helemaal niet voldeed aan de norm.”
Samen
Waar is het blijven liggen? “Er is bijna geen wereld zo individualistisch als de wasserijwereld. Alles zat op een eilandje. Op een gegeven moment merkte ik: er moet veel meer samengewerkt worden. Als één schakel niet goed presteert, gaat dat in de keten gewoon verder. Maar goede samenwerking is niet altijd eenvoudig. Uiteindelijk zijn wij als producenten met een aantal partijen gaan samenwerken. Dat heeft zich in 2021 ontwikkeld tot een officiële vereniging, Namelijk Chainge. We kwamen erachter: onbekend is onbemind. Reusables moesten meer gepromoot worden.”
Verborgen kosten
Ook ziekenhuizen moeten daarbij betrokken worden. “Als we presentaties houden voor hygiënisten van ziekenhuizen, dan is dat een eyeopener. Maar uiteindelijk heb je te maken met de afdeling inkoop, die als opdracht heeft de kosten laag te houden. We moeten ziekenhuizen daarom de verborgen kosten laten zien! Disposables doorlopen ongeveer zo’n extra zes processtappen die je bij reusables niet hebt. Het ziekenhuis rekent bijvoorbeeld geen opslagruimte voor de pallets met disposables.” Ziekenhuizen staan daar nu wel meer voor open. Zo heeft het LUMC een pilot gedaan met reusables in de OK.” Het is van groot belang dat je als leverancier van reusable operatietextiel toegevoegde waarde biedt aan je klanten. We kunnen als industrie wel veel willen, maar het moet voor de ziekenhuizen wel functioneel zijn.”
Parabool
Nederland en Duitsland hebben nu nog kleine aandelen in reusables, minder dan 10%. In bijvoorbeeld Italië en Oostenrijk is dat aandeel veel groter. In Amerika heb je sinds een aantal jaren de Green OR. “Je ziet dat daar de reusable industrie weer markt aan het winnen is ten opzichte van de disposable industrie. Hopelijk zijn we in Nederland/Europa nu door het dieptepunt van de parabool heen.” Dat duurzaamheid in de schijnwerpers staat, helpt. “De interesse is groter. Dat komt mede ook door de verjonging van OK personeel,” vertelt Van den Elzen. De nieuwe generatie heeft hier toch meer oog voor. “Als je naar de Green Deal kijkt, moeten daar echt wel mogelijkheden liggen.” Er is al een Life Cycle Analysis gemaakt, waarbij ook alle transportbewegingen zijn meegenomen. “Dan zie je gewoon dat de waterconsumptie bij reusables beduidend minder is, omdat de wasserijen zo goed aan het recyclen zijn. Voor 1000 identieke operaties heb je minimaal 1000 disposable doeken nodig. Met reusables zijn dat er maar 17.”
Waar blijft de overheid?
Makkelijk is het niet. “In Italië heeft de regering voor staatsziekenhuizen afgekondigd dat waar reusables voorhanden zijn, die ook gebruikt moeten worden. Wij hebben aan het begin van de coronacrisis, toen er tekorten waren, contact opgenomen met het ministerie, het LCH [Landelijk Consortium Hulpmiddelen, red.], mensen in de tweede kamer. We kregen 0,0 reacties! Het LCH zei uiteindelijk: hier hebben we geen interesse in.” Onbegrijpelijk. “Iets anders wat wij als industrie moeten gaan doen is de vezels zo bewerken dat cradle to cradle mogelijk wordt. Dat kan wel, maar dan zegt de recycle industrie dat ze wel een bepaald volume aan aanbod nodig hebben. Er bestaan al micro polyesters die gedeeltelijk uit gerecycled materiaal bestaan. Dan zegt de klant: dat wil ik niet. We praten allemaal wel heel erg over duurzaamheid, maar het moet ons niet al te veel geld kosten.”
Investering
Ook daarbuiten zijn er genoeg hobbels. Zo mag er in de toekomst geen fluorcarbon finish meer gebruikt worden, deze zorgt nu voor de waterafstotendheid van de producten.
Standaardiseren is ook niet echt makkelijk geweest, omdat iedereen zijn/haar eigen jassen wilde hebben. Tenslotte durven veel wasserijen de investering niet aan te gaan. “Ze willen zekerheid hebben: hebben we wel voldoende vraag? De regelgeving is veel stringenter geworden voor medische hulpmiddelen. Je bent ongeveer een jaar bezig voor je je op de markt kunt gaan begeven, voor je alles gecertificeerd en gevalideerd hebt. Het ontbreekt op dit moment aan voldoende sterilisatiecapaciteit. Kijk, als heel Nederland nu echt om zou gaan naar reusable operatietextiel dan zal de vraag de op dit moment aanwezige sterilisatiecapaciteit overstijgen. Dit omdat het een terugtrekkende markt is geweest. Ongeveer 16 jaar geleden waren er in Nederland 3 sterilisatie-units actief. Er moet daar ook weer behoorlijk in geïnvesteerd worden.”