Duurzame textielindustrie met Spinning Jenny: ‘er moeten knopen worden doorgehakt’

sep 14, 2024 | Duurzaamheid

De Spinning Jenny bracht in 1764 heel wat teweeg in Engeland. De bedenker, James Hargreaves, zorgde ervoor dat er een revolutie plaatsvond in de textielproductie. Een inspiratie voor Paula Gerritsen, die met haar bedrijf Spinning Jenny een steentje bijdraagt aan een duurzame textielindustrie.

De Spinning Jenny was een revolutionaire machine die het spinnen van garen drastisch veranderde. In tegenstelling tot het traditionele spinnewiel, dat slechts één draad tegelijk kon spinnen, had de Spinning Jenny meerdere spoelen. Zo kon men wel tot zestien draden tegelijk produceren. Latere versies van de machine konden zelfs tot 130 draden tegelijkertijd spinnen. Hierdoor ging het spinnen van garen veel sneller en werd het goedkoper, wat een grote impact had op de textielindustrie.

Deze uitvinding betekende een enorme stap vooruit. Voor de komst van de Spinning Jenny was het spinnen van garen een tijdrovend en arbeidsintensief proces dat vaak thuis werd gedaan. Met de introductie van de Spinning Jenny werd het mogelijk om het spinnen in werkplaatsen en fabrieken te centraliseren, wat leidde tot een verhoogde productiecapaciteit en efficiëntere werkomstandigheden. Dit betekende dat er meer textiel geproduceerd kon worden tegen lagere kosten.

Duurzaamheid centraal

En zo’n enorme stap vooruit is precies wat Gerritsen wil bereiken. Met een duurzame benadering streeft ze naar een vergelijkbare revolutie in de textielindustrie. Het bedrijf richt zich op het produceren van nieuwe garens uit gerecyclede textielvezels. Dit proces vermindert afval en zorgt voor een milieuvriendelijkere productie. Net als Hargreaves wil Gerritsen de textielproductie efficiënter maken, maar met een moderne twist: duurzaamheid staat centraal.

Jenny Gerritsen

Gerritsen heeft een achtergrond in machineontwikkeling én in garen spinnen. Ze werkte acht jaar lang als bestuurder bij stichting Texperium. “Daar maakten we machines die textiel kunnen recyclen en garen kunnen spinnen. We konden niet produceren, maar daar was wel veel vraag naar”, vertelt ze. En zo kwam ze op het idee voor Spinning Jenny.

“Ik had ervaring in het schrijven van subsidieaanvragen, een goed netwerk van machinebouwers en klanten, en een team van getalenteerde medewerkers,” zegt ze. “Alles viel op zijn plaats.” In 2021 kreeg ze een subsidie van ruim 3,2 miljoen euro, waarmee ze de basis kon leggen voor haar bedrijf. Tegen eind 2022 vond ze een geschikte locatie in Nijverdal en in juli 2023 was de fabriek operationeel.

“Bij traditionele spinmachines wordt het hele systeem door één motor aangedreven. Als er dan een storing optreedt bij een spindel waarop het garen wordt gewonden, staat een groot deel van de machine stil. Onze machine daarentegen drijft elke spindel afzonderlijk aan, wat zorgt voor een efficiënter gebruik van tijd en energie.”

Het productieproces bij Spinning Jenny is gericht op het hergebruiken van textielvezels om nieuwe garens te maken. Dit klinkt eenvoudig, maar het brengt veel uitdagingen met zich mee. “Het werken met gerecyclede materialen is complex,” legt Gerritsen uit. “Maar dat maakt het ook een leuke uitdaging. Textiel is lastig, omdat we aan de ene kant zeggen dat we niet meer afhankelijk willen zijn van Azië. Maar aan de andere kant willen we alles zo goedkoop mogelijk maken. Een eerlijk transparant product is nu eenmaal duurder omdat er meer stappen tussen zitten.”

Maar die transitie moeten we toch echt in. Vanaf 2025 zijn producenten financieel en organisatorisch verantwoordelijk om ervoor te zorgen dat textielafval, nadat consumenten het hebben weggegooid, wordt gereedgemaakt voor hergebruik of recycling. Dat komt door het Besluit uitgebreide producentenverantwoordelijkheid textiel, dat vanaf 1 juli 2023 in werking trad. “Je wordt dus verplicht om je productie terug te nemen. Maar dat moet je ook willen: in principe vind ik dat iedereen verantwoordelijkheid heeft voor het milieu. Je kunt wel in een elektrische auto rijden om je klanten te laten zien dat je een hart hebt voor duurzaamheid, maar je mag ook verder kijken.”

Textiel recyclen

Terwijl glas, blik en plastic vaak apart worden ingezameld en gerecycled, wordt textiel vaak vergeten. Gek, vindt Gerritsen. Textiel kan namelijk ook gerecycled worden. “We zien veel textiel aan het begin van de afvalketen, maar er zijn maar weinig toepassingen voor aan het einde ervan. Natuurlijk is textiel recyclen lastiger dan glas, blik of plastic. Je moet alle stukken definiëren op kleur en samenstelling”, legt ze uit. “Spijkerbroeken en witte t-shirts zijn simpel, maar daarna wordt het complex, omdat je op zoek bent naar continuïteit.”

Dat is ook de reden waarom Gerritsen graag met wasserijmateriaal werkt. “Je weet wat je hebt, post-consumer materiaal en geen industrieel afval. Heel fijn, want zo kunnen we al garens maken dat 10% oud bedlinnen bevat. Dat lijkt misschien weinig, maar je moet wél een eindproduct kunnen maken dat niet mag afdoen aan nieuwe stoffen. Dit is dus de meest duurzame optie.”

Spinning Jenny maakt garens die voldoen aan verschillende specificaties, afhankelijk van het eindproduct. Zo wordt er voor autostoelbekleding vaak een hoog percentage gerecycled polyester gebruikt, terwijl handdoeken 100% katoen vereisen. “Het is voortdurend onderzoek en ontwikkeling,” zegt Gerritsen. “We moeten ontdekken wat wel en niet werkt en hoe we de grondstoffen weer terug kunnen krijgen voor hergebruik.”

Want op die grondstoffen moeten we zuinig zijn. “We zijn met zoveel mensen op de wereld en dat worden er alleen maar meer. Al die mensen willen ‘hebben’. Daarom wordt recyclen extra belangrijk.”

Duurzame visie

Gerritsens visie op duurzaamheid gaat verder dan alleen het produceren van garens. Haar fabriek draait volledig op zonne-energie, met duizend zonnepanelen op het dak. “Bij volle productiecapaciteit besparen we 330 miljoen liter water en 33 miljoen kilo CO2 per jaar,” vertelt ze trots.

Ze vindt het niet meer dan logisch dat er duurzaam wordt geproduceerd binnen het bedrijf. “Er wordt veel over verduurzaming gepraat, maar er moet meer gedaan worden. Wij kunnen bedrijven helpen om meer verduurzaming voor elkaar te krijgen wanneer je een nieuw product in de markt zet. We kunnen meer dan spinnen, meehelpen aan contacten voor dat maakproces. De cirkel weer rond maken.”