Het Technologisch Kenniscentrum Textielverzorging (TKT) heeft in een recent opgeleverd rapport textielhergebruik en – recycling in Nederland onderzocht. Er is via literatuurstudie op drie manieren naar gekeken, volgens de ondertitel ‘Wat moet er, wat gebeurt er, wat kan er’. Het blijkt dat de staande praktijk niet overeenstemt met de ambities. Het rapport geeft een goed overzicht van wetgeving, praktijk en (on-)mogelijkheden.
Het rapport over textielhergebruik en -recycling behandelt een aantal belangrijke aspecten van dit actuele maatschappelijke thema, gezien de grote milieu-impact van textielproductie en -afval. Het rapport is opgedeeld in drie hoofdonderdelen: wet- en regelgeving, huidige acties en resultaten, en beschikbare of in ontwikkeling zijnde technieken.
Huidige en komende wet- en regelgeving is volop in ontwikkeling. De Nederlandse overheid streeft naar een volledig circulaire economie in 2050, zoals vastgelegd in het Nationaal Programma Circulaire Economie. Dit programma richt zich op afvalpreventie, -vermindering, -scheiding en -recycling. Specifiek voor textiel zijn er regels vastgelegd in de Uitgebreide Producenten Verantwoordelijkheid (UPV) en het Beleidsprogramma circulair textiel 2025-2030. De UPV legt de verantwoordelijkheid voor de afvalfase van textiel bij de producenten. Daarnaast is er wetgeving in, onder andere, ‘Van afval naar grondstof (VANG) en Edodesign voor duurzame producten (ESPR).
In 2024 zijn meerdere onderzoeksrapporten verschenen die de stand van zaken beschrijven omtrent hergebruik en recycling van textiel in Nederland. Hoewel het moeilijk is om een volledig en eenduidig beeld te vormen, geven de rapporten enkele indicaties. De doelen uit het beleidsprogramma 2020-2025 worden grotendeels niet gehaald, behalve voor hergebruik in Nederland. Interessant feitje: Slechts 9% van het op de markt gebrachte textiel bestaat uit duurzame materialen en 6% uit gerecyclede materialen.
Tot slot geeft het rapport inzicht in de drie manieren van verwerking van gebruikt textiel: hergebruik, recycling of storten/verbranden.
Samenvattend toont het rapport aan dat er nog veel uitdagingen zijn op het gebied van textielhergebruik en -recycling, maar ook dat er diverse initiatieven en technieken in ontwikkeling zijn om deze uitdagingen aan te pakken.
Het rapport is op aanvraag bij het secretariaatsbureau gratis beschikbaar voor leden van FTN en Netex.
Huidige en komende wet- en regelgeving is volop in ontwikkeling. De Nederlandse overheid streeft naar een volledig circulaire economie in 2050, zoals vastgelegd in het Nationaal Programma Circulaire Economie. Dit programma richt zich op afvalpreventie, -vermindering, -scheiding en -recycling. Specifiek voor textiel zijn er regels vastgelegd in de Uitgebreide Producenten Verantwoordelijkheid (UPV) en het Beleidsprogramma circulair textiel 2025-2030. De UPV legt de verantwoordelijkheid voor de afvalfase van textiel bij de producenten. Daarnaast is er wetgeving in, onder andere, ‘Van afval naar grondstof (VANG) en Edodesign voor duurzame producten (ESPR).
In 2024 zijn meerdere onderzoeksrapporten verschenen die de stand van zaken beschrijven omtrent hergebruik en recycling van textiel in Nederland. Hoewel het moeilijk is om een volledig en eenduidig beeld te vormen, geven de rapporten enkele indicaties. De doelen uit het beleidsprogramma 2020-2025 worden grotendeels niet gehaald, behalve voor hergebruik in Nederland. Interessant feitje: Slechts 9% van het op de markt gebrachte textiel bestaat uit duurzame materialen en 6% uit gerecyclede materialen.
Tot slot geeft het rapport inzicht in de drie manieren van verwerking van gebruikt textiel: hergebruik, recycling of storten/verbranden.
Samenvattend toont het rapport aan dat er nog veel uitdagingen zijn op het gebied van textielhergebruik en -recycling, maar ook dat er diverse initiatieven en technieken in ontwikkeling zijn om deze uitdagingen aan te pakken.
Het rapport is op aanvraag bij het secretariaatsbureau gratis beschikbaar voor leden van FTN en Netex.
