Elis strijdt tegen wegwerpmaatschappij

‘Recyclen moet de allerlaatste stap zijn’

Waar de meeste bedrijven hun klanten zo vaak mogelijk iets nieuws willen verkopen, doet Elis dat compleet anders. Het bedrijf verhuurt namelijk werk- en veiligheidskleding, poetsdoeken en zelfs handdoekrollen aan grote bedrijven, ziekenhuizen en de horeca. Hun doel? Zorgen dat spullen zo lang mogelijk meegaan en klanten zoveel mogelijk ontzorgen.

“Wij blijven eigenaar van de producten, waardoor we volledige controle houden over de levenscyclus,” legt Sanne Weber, de Nederlandse marketing manager van Elis, uit. “Dat staat haaks op traditionele verkoopmodellen, waarbij de verantwoordelijkheid voor duurzaam gebruik bij de consument of het bedrijf zelf ligt. In ons model nemen wij die verantwoordelijkheid en stimuleren we hergebruik en reparatie.”

En dat model werkt. Volgens Elis zijn klanten juist blij met deze aanpak, omdat het hen een hoop kopzorgen uit handen neemt. “We leveren niet alleen de producten, we zorgen ook voor het onderhoud en de reiniging. Als er iets kapot gaat, repareren wij het of vervangen het als dat nodig is. Zo blijft de klant altijd voorzien en wordt er minder verspild,” aldus Sanne.

Levensduur verlengen

Omdat Elis eigenaar blijft van de producten, kunnen zij deze beter onderhouden, repareren en zo de levensduur verlengen. Ze zijn actief in zo’n 30 landen en zijn marktleider op het gebied van circulaire facilitaire dienstverlening. Ze bieden bedrijven niet alleen werkkleding, maar ook vloerhygiëne met schoonloopmatten en sanitaire voorzieningen, zoals zeepdispensers en katoenen handdoekrollen. “Onze grootste omzet komt uit bedrijfskleding, maar we willen op veel meer vlakken een duurzame partner zijn”, vertelt de marketing manager. “We hebben speciale poetsdoeken die olie en metaalresten opnemen. Als ze versleten zijn, halen we de materialen eruit en zetten ze in als grondstof voor cementproductie. Zo maken we de cirkel volledig rond.”

Met de recente overname van Moderna Textielservice heeft Elis nu ook de markt voor linnengoed voor de horeca betreden. Hotels en restaurants kunnen bij Elis terecht voor het huren van tafellakens en beddengoed. “Deze markt is nieuw voor ons, maar het past perfect bij ons circulaire model,” zegt Sanne. “Ook hier blijven wij eigenaar, en kunnen we dus de kwaliteit en levensduur van het textiel garanderen. Voor hotels betekent dat geen hoge investeringen in linnen, en voor ons betekent het dat we nieuwe klanten kunnen laten zien hoe ons circulaire systeem werkt.”

Huren, niet kopen

Volgens Sanne is de tijd rijp voor meer bewustwording over de voordelen van huren ten opzichte van kopen. “Veel bedrijven zijn gewend om te denken in termen van bezit, maar eigendom betekent ook dat je zelf verantwoordelijk bent voor alles: onderhoud, vervanging en, uiteindelijk, eindafvoer. Met ons model nemen wij die verantwoordelijkheid over.”

Maar er zijn nog steeds obstakels. Wet- en regelgeving is vaak ingericht op de klassieke modellen van verkoop en eigendom, vertelt Sanne. “Als een gemeente bijvoorbeeld bedrijfskleding wil inkopen, dan vragen ze om offertes van leveranciers. Wij bieden echter een service aan, geen koopwaar. Daardoor sluiten we vaak bij voorbaat al niet aan bij de eisen in een aanbesteding.”

Duurzame, langdurige oplossing

Volgens Sanne ligt de oplossing in het anders formuleren van de vraag. “Overheden en bedrijven moeten bij het opstellen van aanbestedingen ook rekening houden met andere modellen. Kijk niet alleen naar wie vooraf op papier het goedkoopst de kleding kan leveren, maar ook naar wie het meest duurzaam een langdurige oplossing kan bieden.” Een veelgehoord argument tegen het huren van facilitaire producten is dat het duurder zou zijn dan kopen.

Sanne bestrijdt dat: “In het begin lijkt huren misschien duurder omdat je maandelijks betaalt in plaats van in één keer een investering doet. Maar wat vaak wordt vergeten, zijn de kosten voor onderhoud, reiniging, logistiek en zelfs het recyclen aan het einde van de levensduur. Met ons model worden die kosten gedekt. Dat betekent dat je als klant volledig wordt ontzorgd en vaak goedkoper uit bent als je alles meerekent.”

Het echte verschil zit volgens Sanne in het langetermijndenken. “Je moet niet alleen kijken naar de prijs van een product, maar naar de totale waarde die het biedt. Ons circulaire model houdt waarde vast door producten zo lang mogelijk in goede staat te houden en ze opnieuw in te zetten waar mogelijk. Dat is zowel economisch als ecologisch beter.”

Volgens Sanne kan de circulaire economie alleen slagen als iedereen—van producenten tot afnemers en de overheid—anders gaat denken. “Het lineaire model van kopen-gebruiken-weggooien is gewoon niet meer houdbaar. We zien nu al dat de kosten voor afvalverwerking en recycling toenemen. Tegelijkertijd komen grondstoffen onder druk te staan. Dan kun je beter investeren in hergebruik en het verlengen van de levensduur.”

Circular textile days

Elis was aanwezig op de circular textile days, op 18 en 19 september in Den Bosch. Tijdens deze tweedaagse beurs kwamen producenten, innovators, beleidsmakers en dienstverleners samen om de nieuwste ontwikkelingen en oplossingen te presenteren die bijdragen aan een circulaire textielketen.

Het evenement stond bol van innovatieve ideeën, van duurzame materialen tot slimme recyclingtechnieken. Maar niet alleen recycling stond in de schijnwerpers; ook het verlengen van de levensduur en het voorkomen van verspilling waren veelbesproken thema’s. Zo legde Elis uit hoe ze met verhuurmodellen en levensduurverlenging al eerder in de keten impact kunnen maken.

Wat de Circular Textile Days uniek maakt, is de nadruk op samenwerking. Het evenement bracht verschillende spelers uit de industrie bij elkaar om kennis te delen en nieuwe partnerships te smeden. Dat gebeurde niet alleen op de beursvloer, maar ook in panelsessies, presentaties en interactieve workshops. Met ruim 60 sprekers en meer dan 900 bezoekers was de beurs goed gevuld.

De boodschap van de Circular Textile Days was duidelijk: de textielindustrie moet veranderen en kan dat ook. Door samen te werken en innovatieve modellen te omarmen, kan de sector een grote stap zetten naar een duurzamere toekomst. ■